„rekening“: zelfstandig naamwoord rekening [ˈreːkənɪŋ]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst Przegląd wszystkich tłumaczeń (Więcej szczegółów po kliknięciu/naciśnięciu tłumaczenia) Rechnung, Konto Rechnungvrouwelijk | Femininum, weiblich f rekening rekening Kontoonzijdig | Neutrum, sächlich n rekening rekening Przykłady rekening met breuken Bruchrechnungvrouwelijk | Femininum, weiblich f rekening met breuken rekening en verantwoording Rechenschaft(sbericht)Femininum, Maskulinum in Klammern f(m) rekening en verantwoording geblokkeerde rekening Sperrkontoonzijdig | Neutrum, sächlich n geblokkeerde rekening lopende rekening Leistungsbilanzvrouwelijk | Femininum, weiblich f lopende rekening rekening houden met berücksichtigen, Rücksicht nehmen auf (accusatief, 4e naamval | Akkusativakk) rechnen mit (datief, 3e naamval | Dativdat) rekening houden met in rekening brengen in Rechnung stellen in rekening brengen per slot van rekening schließlich, letzten Endes per slot van rekening voor eigen rekening auf eigene Rechnung voor eigen rekening voor zijn rekening nemen übernehmen, auf sich nehmen voor zijn rekening nemen voor zijn rekening nemen pejoratief, kleinerend | pejorativ, abwertendpej auf seine Kappe nehmen pejoratief, kleinerend | pejorativ, abwertendpej voor zijn rekening nemen pejoratief, kleinerend | pejorativ, abwertendpej Ukryj przykładyPokaż przykłady