„wakker“: bijvoeglijk naamwoord wakkerbijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj Przegląd wszystkich tłumaczeń (Więcej szczegółów po kliknięciu/naciśnięciu tłumaczenia) wach, wacker, munter wach wakker wakker ook | aucha. wacker, munter wakker figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig wakker figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig Przykłady wakker maken wecken wakker maken wakker roepen wachrufen wakker roepen wakker schrikken aus dem Schlaf hochschrecken wakker schrikken wakker schudden wachrüttelnook | auch a. fig wakker schudden wakker worden aufwachen, erwachen wakker worden Ukryj przykładyPokaż przykłady