„trekken“: werkwoord trekkenwerkwoord | Verb v <ook | aucha.zijn hulpwerkwoord zijn | Hilfsverb zn> Przegląd wszystkich tłumaczeń (Więcej szczegółów po kliknięciu/naciśnięciu tłumaczenia) ziehen, zerren, reißen, zupfen, wandern, zucken, zücken beziehen, schneiden ziehen, zerren, reißen trekken trekken zupfen trekken trekken wandern trekken trekken zucken trekken trekken zücken trekken trekken beziehen Lohn, Rente trekken trekken schneiden Gesicht trekken trekken Przykłady naar zich toe trekken an sich reißen naar zich toe trekken trekken op Vlaams | flämischfläm ähneln (datief, 3e naamval | Dativdat) trekken op Vlaams | flämischfläm